Trombose is een aandoening waar nog te vaak te licht over gedacht wordt. Er zijn jaarlijks ontzettend veel mensen die te maken krijgen met een trombose. Trombose kan leiden tot grote complicaties, zeker wanneer je er niet op tijd bij bent. Toch is trombose goed te behandelen.
Hoe herken je trombose?
We zullen eerst uitleggen wat trombose precies is. Trombose is een stolsel in het bloed die onder andere voor de longen een gevaar op kan leveren. Je kunt trombose op verschillende plekken krijgen. De meest bekende plek is het been. Het komt ook wel eens voor in de buik of in de longen. In de longen spreken we dan van een longembolie. Trombose herkennen is eigenlijk niet zo heel moeilijk. Vaak begint het met een een rood pijnlijk been. Het voelt een beetje aan alsof dat je constant last hebt van kuitkramp. Negen van de tien voelt je been dan ook warm aan en heeft het een glimmende gloed. Trombose kan je zomaar van het een op het andere moment oplopen. Zeker wanneer je niet veel beweging hebt ligt het lekker op de loer. Sommige mensen lopen het zelfs op nadat zij een lange vliegreis achter de rug hebben. Zorg dus voor voldoende beweging. Heb je enige twijfel? Ga dan in ieder geval naar de huisarts zodat het meteen behandelt kan worden en er verder gevaar niet op de loer komt te liggen.
Trombose behandelen
Trombose is op zich goed te behandelen door middel van bloedverdunners. Dit is ook het eerste wat je krijgt wanneer er uit het bloedonderzoek is gebleken dat jij trombose hebt. In het begin zal het via het infuus gaan, zeker wanneer ze besluiten om je in het ziekenhuis te houden, maar later via injecties en nog een fase later zullen ze je overzetten naar tabletjes. Vaak is deze medicatie wel voor de rest van je leven. Ook hierin zijn weer verschillen. Bij het ene medicijn moet je om de paar dagen en later weken een vingerprik hebben zodat ze de waarde van je bloed kunnen meten en aan de hand daarvan je aantal tabletjes die je moet innemen aan kunnen passen. Maar je hebt ook medicatie die je gewoon dagelijks in dezelfde dosering slikt en waarvoor je dus niet elke keer een vingerprik hoeft.
Met trombose naar de osteopaat
Soms is het zo dat je doorgestuurd wordt naar een osteopaat wanneer je trombose hebt of hebt gehad. Een osteopaat kan er namelijk voor zorgen dat de overbelasting die jij in je benen hebt verminderd wordt. Trombose in het been wordt vaak veroorzaakt door de toevoer van het bloed wat niet goed is. De aderen zitten verstopt en dat is allerminst prettig. Samen met de osteopaat kan er toch een oplossing of in ieder geval een verbetering gekomen worden. Dit kan door middel van een massagetechniek maar ook door het verbeteren van je houding. Dit is namelijk heel vaak de oorzaak van het ontstaan van je klachten. Zeker wanneer we praten over beentrombose.
